AFTER THE TONE

Blog woensdag 29 mei 2013

Op kantoor had ik al steeds verlangend naar buiten gekeken: strakblauwe lucht, scherp zonlicht. Ik moest nog voorjaarsbeelden draaien bij een lang stuk tekst van Annet, de zus van Onno, vanaf mijn vaste standpunt in Oostzaan. In het scenario staat iets over witte wolken en opvliegende kieviten. Een beetje beweging is wel fijn als je een lang shot hebt. Want het is echt niet mijn bedoeling om potentiële toeschouwers te vervelen. Maar goed, wolken waren er niet. Maar misschien zou de zon wel als een rood bolletje naar beneden zakken. Dat was misschien ook wel leuk. Na het 8 uur journaal ging ik de deur uit, met de auto door de nieuwe Coentunnel, naar het Noordeinde. Vorig jaar had ik overal op de fiets rondgereden om een plek te vinden waar je vrij over het Oostzanerveld kon kijken naar de flats van Zaandam. Aan het einde van een parkeerterrein van Meyn (“wereldleider in kippenslachtmachines”) was een prachtige plek. Het enige probleem was dat de poten van het statief in het moerassige gras weg kunnen zakken. Ik had er in de herfst en de winter gedraaid.

Alles zag er nu anders uit. Ik reed er prompt voorbij. Het oude kantoor van Meyn werd gesloopt, het bordje bij de parkeerplaats was weg en de toegang was voor auto’s afgesloten met een ketting. Oké, te voet verder. Ik hoop dat er volgende keer geen terreinbewaking met honden is. Op zich wel prettig dat door de crisis niet ieder “terrain vague” meteen volgebouwd wordt.

Natuurlijk was ik nog te vroeg. Om 21.47 uur zou de zon echt ondergaan. Ik keek eens rustig om me heen. Een brede watergang, weilanden, het nieuwe groene riet nog kort. De snelweg in de verte, pylonen in het land. Veel vogels. Grutto’s, en een fitis vlak naast me, één van mijn lievelingsvogels. Maar bijna geen moment hoorde je hun zang zonder het geluid van vliegtuigen die af en aan vlogen. Eerst frustreerde dat me. Maar deze film verplicht me nu eenmaal tot geduld en beschouwing. Dus toen dacht ik: ja zo is het. Zoals het landschap een bizarre combinatie is van oud weidegebied en moderniteit is het geluid dat ook. Misschien is het dus wel de perfecte eenheid.

After the tone: zonsondergang bij Oostzaan

De zon werd inderdaad een rood bolletje. Met 16 mm celluloid zou je het nog moeilijk krijgen om het juiste moment te bepalen om te gaan draaien, maar dat probleem bestaat niet meer bij opnames op een geheugenkaartje. Terwijl de camera liep keek ik met verbazing dat de zon niet zozeer zakte maar vooral ook nog enorm opzij (ja ja, in noordelijke richting) ging. Eerst dacht ik dat hij in een bosje zou belanden, maar daar ging hij ruimschoots voorbij. Het zijn van die dingen die je wel weet, maar het is toch nog weer wat anders als je er echt geduldig naar kijkt. Nee, het is geen straf om daar te staan. In feite heb ik mijn alibi gecreëerd om zoiets te kunnen doen. “In het landschap zijn” noem ik dat. Een regelmatig terugkerend verlangen. Vraag me niet waarom. Toen was er ook nog het geluid van een koekoek.