AFTER THE TONE

Blog inleiding | 2 mei 2013

Natuurlijk had ik al veel eerder met deze blog moeten beginnen. Ik denk dat ik inmiddels de helft van de opnames al bij elkaar gesprokkeld heb. Maar goed, de andere helft moet nog. En dat is ingewikkeld genoeg. Gisteren was ik nog even naar het Amsterdamse Bos om wat te draaien. De camera in de ene kant van mijn fietstas, het statief aan de andere kant en bovenop kan ik dan nog een klein wit plastic opstapje kwijt dat ik bij de vuilnis gevonden heb. En zonder dat opstapje kan ik niet door de lens kijken. Mijn eigen normale ooghoogte is gewoon een beetje te laag. In het Amsterdamse Bos wilde ik een vast standpunt draaien, bij een oude wilg aan de Nieuwe Meer. Daar had ik al een paar keer eerder mooie shots gedraaid. Ik ga dan bovenop een scheefgezakte picknicktafel staan, want dan zie ik meer water en wacht rustig af wat er gaat gebeuren. En eigenlijk gebeurt er altijd wat: bootjes, wolken, ganzen, vliegtuigen, golven, wind door de takken. Gisteren was het prachtig weer, maar het werd helemaal niets. Het licht was plat, de schitteringen in het water waren buiten mijn kader, de bootjes voeren verkeerd op foute momenten, wolken waren er niet, en bij de jachthaven waren ze met een hogedrukspuit bezig zodat het geluid verschrikkelijk was. Af en toe zette ik de camera eens aan, maar ik geloof niet dat het wat werd. Ik heb er een uurtje rondgehangen, in de hoop dat die waterschitteringen wat meer in beeld zouden komen. Het was half vijf. Zou ik wachten tot de zon zou ondergaan? Dat kon misschien nog wat worden? Het zou nog uren duren. En was het shot eigenlijk wel goed genoeg? Doordat de boom inmiddels gesnoeid was, zag ik bijna niets van het tere groen in beeld. Terug naar huis gefietst. Oké, dit was het niet helemaal. Zo gaat het soms.

Een helemaal gewone film gaat After the tone dus niet worden. Ik had het best allemaal een beetje professioneler aan willen pakken. Samen met een echte goedgekeurde producent diende ik het project in bij het Filmfonds, maar daar werd het afgewezen omdat ze daar dachten dat het een saaie film zou worden die het publiek ook te weinig informatie over de hoofdpersoon zou bieden. Ja, misschien is dat zo. Eén van de thema’s is namelijk hoe goed je je vrienden eigenlijk kan kennen. Het karakter van de hoofdpersoon wordt inderdaad niet erg duidelijk uitgelegd. Hij blijft een mysterie. Of dat saai is weet ik eigenlijk niet, zoveel verstand heb ik niet van zulke dingen, maar inderdaad, een spannende achtervolging komt niet in de film voor.

Na de afwijzing kostte het me toch een aantal maanden voor ik moed genoeg verzameld had om door te gaan. Van het geld dat ik op een festival in Frankrijk met Weemoed & Wildernis gewonnen had, had ik een camera gekocht (Panasonic AG-AF 101E). Eigenlijk om een film te maken over waarom sommige mensen alles bewaren, en anderen alles weggooien. Die film moest maar even in de koelkast. Eerst zou ik zonder budget After the tone draaien. En omdat ik zelf geen geld kost, moet ik zoveel mogelijk alles zelf doen. Ja sorry, ik zeg de dingen maar zoals ze zijn. Terwijl professionalisering toch het sleutelwoord in de “industry” is, ga ik als amateur aan de slag. Het is belachelijk. Ik vraag me vaak af waar ik mee bezig ben. Het is gewoon een kamikaze-project.

Ik heb altijd al gedacht dat camera een echt vak is. En verdomd, dat is waar. Ik heb intussen de meest vreselijke fouten gemaakt, en ik heb het nog steeds niet onder de knie. Terwijl ik dan nog iets heel overzichtelijks doe voor deze film! Vaste shots, van statief gedraaid. Dus wat kan je fout doen? Ik kan alles fout doen: verkeerd scherpstellen, vergeten de gain terug te zetten na nachtopnames, scheve horizons draaien, hotspots zo onder bedwang krijgen dat het hele shot te donker wordt, vervelende reflecties in autoruiten of treinvensters, trillende houten vloeren, beslagen lens. Over het geluid zal ik het maar helemaal niet hebben! Er is alleen één ding waar ik redelijk goed in ben: geduld hebben. Ik heb toch al een paar keer een hele dag in het Weustinkplantsoen te Hengelo gestaan in afwachting van een streep zonlicht op drie berkebomen. Oké, tussendoor heb ik gevoetbald met twee Turkse meisjes, en krijg ik thee of koffie aangeboden door vriendelijke buurtbewoners.

After the tone: Weustinkplantsoen Hengelo

Er gebeuren sowieso vreemde dingen als ik zo sta te wachten, op mijn wit plastic opstapbankje. Een ander vast standpunt dat ik af en toe inneem bevindt zich niet ver van De Wittenkade, in wereldstad Amsterdam. Allerlei mensen die langs lopen gaan mij vriendelijk groeten als ik daar sta te wachten tot er een schip aankomt! Of knopen praatjes aan! Soms krijg ik echt allerlei verhalen te horen die ik zelf niet zo snel aan een vreemde zou vertellen. Maar blijkbaar voelen mensen goed aan dat ik daar discreet mee om zal gaan. Dus ik zeg hier verder niets.

De beelden die ik draai zijn dus documentair, zeg maar. Ik ensceneer niks. Ik wacht alleen geduldig op het juiste moment. Dat zich niet altijd voordoet. Of dat ik dus zelf verpruts. Maar het uiteindelijke geluid is fictief: voicemailberichten die bedacht, geconstrueerd, geschreven zijn, door scenarioschrijver Henk Burger. Om de benodigde lengte van shots te kunnen bepalen heb ik alle teksten voor proef opgenomen: zelf heb ik alle vrouwenstemmen ingesproken, en Leen van de Berg heeft alle mannenstemmen gedaan. Dat moet natuurlijk anders. Maar hoe precies? Wie moeten dat gaan doen? Dat gaat één van de grote problemen worden die ik binnenkort low budget moet gaan oplossen. Ik maak me daar echt wel zorgen over, want het is ongelofelijk hoe bepalend een stem is, zeker als je iemand niet ziet. Ga ik daar uitkomen?